Zangkoren lagen op hun gat door corona, dirigent Theo van der Hoorn zoekt het ‘oude niveau’
LEIMUIDEN - Zangkoren hebben het in de afgelopen anderhalf jaar lastig gehad. Vanwege de coronapandemie was het nauwelijks mogelijk om gezamenlijk te repeteren, en dat is nu te merken. Kunnen de zangers nog wel zingen als voorheen?
De Leimuidense dirigent Theo van der Hoorn geeft leiding aan verschillende zangkoren in de regio. Hoe verschillend alle koren ook zijn, er is één ding wat ze verbind: het sociale aspect. Het koor is een heel sociaal gebeuren voor de koorleden. Het Leimuidense Shantykoor ‘De Marconisten’ repeteert niet alleen elke twee weken, maar heeft ook ontzettend veel optredens. Dit zijn er gemiddeld veertig per jaar. Voor sommige koorleden is het koor hun lust en hun leven, waardoor de noodgedwongen coronastop voor sommigen erg zwaar viel.
‘We hebben tijdens de coronapandemie vier koorleden weg moeten brengen. Dit kwam ook door corona', vertelt Willem. Hij is slagwerker van De Marconisten en begeleidt Theo ritmisch bij het Aalsmeers mannenkoor. 'Je bent zo hecht met elkaar, dan valt het heel zwaar als je elkaar alleen mag zien tijdens een erehaag van een uitvaart.’
Schade lijkt mee te vallen
Samen met alle koorleden gaat dirigent Van der Hoorn op zoek naar het 'oude niveau'. ‘Als zo'n hechte groep elkaar in eens twee jaar uit het oog verliest is het natuurlijk nog maar de vraag wat er van over is', zegt de 61-jarige Van der Hoorn. ‘Jaren geleden zijn er weken geweest dat ik Theo vaker zag dan mijn eigen vrouw’, grapt Willem.
De schade lijkt mee te vallen. Volgens Van der Hoorn hebben de zangers hun partijen goed onthouden. 'Het zat ergens opgeslagen in hun hoofd en nu halen ze het zo weer tevoorschijn.’ Tekstueel is het echter een ander verhaal. 'Zomaar beginnen waar we twee jaar geleden zijn gestopt zit er niet in. Maar, met extra inspanning moet dat ook wel goed komen.'